Aan zekere monnik


Ik vrees dat gij onder de indruk zijt geraakt van de begoochelingen van sommige lieden: het heden ten dage met machtige woorden roemen van de Evangelische vrijheid. Geloof mij, als gij wist van dichterbij, hoe het hiermede is gesteld, gij zoudt niet zo beu zijn van het leven dat gij leidt. Ik zie een geslacht van mensen opdoemen dat mijn ziel innig verafschuwt. Ik zie niemand beter worden, maar allen, zover ik ervan weet, slechter; zodat ik het diep betreur, dat ik eens in mijn boeken de vrijheid des geestes heb gepredikt. (Desiderius Erasmus, 1527)